Meer dan 3 jaar geleden gingen we aan de slag om de haalbaarheid van een grootschalig warmtenet in Kortrijk te onderzoeken. Onze opdracht bestond erin om de potentiële kralen van het warmtenet te identificeren, die de afvalverbrandingscentrale van IMOG met het stadscentrum zou kunnen verbinden. Als warmteambassadeur voor de stad, moesten we ook een draagvlak creëren voor de realisatie van kleinschalige, lokale warmtenetten of eilanden. Want alleen door die warmte-eilanden later te verbinden, zou een stapsgewijze uitrol van het warmtenet realiseerbaar zijn. De ambitie? Alle bestaande en nieuwe gebouwen in Kortrijk op een koolstofarme en duurzame manier verwarmen.

Patrick Verdonck Business Development Manager Infrastructure Contact opnemen

Restwarmte als duurzame brandstof

Restwarmte is de energie die overblijft na het productieproces. De meeste bedrijven lozen die warmte ongebruikt in de omgeving, maar ze kan dus ook opnieuw gebruikt worden. Er wordt vaak gediscussieerd over de ‘duurzaamheid’ van deze energiebron omdat de meeste productieprocessen nog door fossiele brandstoffen worden gevoed. Aan de andere kant is het een verspilling om restwarmte niet te gebruiken, vindt onze Business & Innovation manager, Patrick Verdonck: "Het staat immers buiten kijf, dat het een slim inzetbare bron is waarbij de restwarmte in de toekomst diverse gasketels overbodig zal maken."

Antea Group ontwikkelde samen met Beauvent en Leiedal, de interlokale vereniging voor streekontwikkeling in Zuid-West-Vlaanderen, een warmtenetstrategie voor Kortrijk. Afvalverwerkingsbedrijf IMOG was het uitgangspunt en de meest aangewezen bron om de stad te verwarmen op restwarmte, maar dat bleek financieel geen haalbare kaart. "Gelukkig kon ik het stadsbestuur overtuigen dat we van achter naar voor zouden werken. De nieuwe ontwikkeling van Kortrijk Weide met het olympisch zwembad, Hangar K en de nieuwe gebouwen van UGent en Howest – die het verst verwijderd zijn van IMOG – vormden samen de nucleus om een duurzame energiegemeenschap concreet vorm te geven" aldus Verdonck.

Voor de opstart, zou dit deel gevoed worden via een warmtekrachtkoppeling die draait op (bio)gas, later aangevuld met zonne-energie en warmtepompen om stapsgewijs de warmtevoorziening te verduurzamen. Ook onderzochten we hoe het warmtenet stapsgewijs deel kon uitmaken van het 'Smart Energy Grid'.

Het staat immers buiten kijf, dat het een slim inzetbare bron is waarbij de restwarmte in de toekomst diverse gasketels overbodig zal maken.


Patrick Verdonck
Lead Business Development bij Antea Group

Energiegemeenschap Kortrijk Weide

Om een slim energielandschap te realiseren, heb je ook een 'Smart Energy Community' nodig. We vonden kennisinstellingen zoals Flanders Make, Vegitech, UGent, Howest en PTI bereidt om samen met de stad Kortrijk en de Provincie in een energiegemeenschap te stappen. Via werkgroepen zorgden we voor een actieve betrokkenheid van alle stakeholders. De nadruk lag hierbij op het uitwisselen van hernieuwbare energie, het optimaliseren van de bestaande installaties en het gebruik van restenergie. Ook slaagden we erin om meer hernieuwbare energie uit te rollen, het energiesysteem verder te optimaliseren en een wezenlijke bijdragen te leveren aan de integratie van de opgewekte energie in een flexibeler energiesysteem.

De voordelen van een warmtenet

Warmtenetten alleen zijn niet voldoende om de energietransitie mogelijk te maken. We moeten op zoek naar een en-en verhaal. Pas als alle bronnen gevoed worden door hernieuwbare energie, kan een warmtenet enorm veel CO2-reductie opleveren. Daarnaast zijn voor de deelnemers in de energiegemeenschap nog vele andere voordelen. Door de decentralisatie van de energieopwekking kunnen de kosten verdeeld worden. Iedereen draagt zijn steentje bij, wat de sociale cohesie dan weer zal versterken. Patrick Verdonck besluit: "Ik ben alvast overtuigd van de meerwaarde van deze energiegemeenschap in de realisatie van de energietransitie, zowel op ecologisch, economisch als sociaal vlak. Kortrijk is voor mij de slimste smart energy community in Vlaanderen."

Meer over de energietransitie